Vol bord en geen idee
wat ik wil doen, bereiken.
Voorlopig zeg ik geen nee,
wil ik mijn geest verrijken.
Deeltjes weg, op de vork geprikt
en ingeslikt, ik heb een aantal dromen,
die nog wat te hoog gemikt
mijn enthousiaste zelf intomen.
Half weg, nog niet veel waar
gemaakt, dromen gestaakt,
ergens begonnen voor een paar
centen, zo mijn dorst gelaakt.
Het is bijna op, ik heb vanalles wat
gegeten, geproefd, de tijd aan mij
voorbij gezoefd en ik heb last
aan mijn schouders.
De overschotjes belandden in de vuilbak,
'k had nochtans een pak
kunnen bewaren
om morgen naar te staren
en te sippen
als het water aan de klippen.
dan