Submit your work, meet writers and drop the ads. Become a member
Andrew L Manson Jun 2018
Jouw naam is nooit ver weg.
Zij dwaalt door mijn gedachten
waar zij alles verlicht,
alles in de war schopt
en mij van slaap onthoudt.

Jouw naam is nooit ver weg.
Zij verstopt zich achter mijn lippen,
waar ze geduldig wacht om,
bij iedere zucht die mij ontsnapt,
geluidloos tevoorschijn te komen.

Jouw naam is nooit ver weg.
Ze vloeit rijkelijk uit mijn pen
waar zij, mijn hand sturend,
er zorg voor draagt dat
ik enkel woorden schrijven kan,
die haar prijzen en aanbidden.
Mijn muze wiens essentie
terug te vinden is tussen de zinnen
van alle liederen en poëzie,
welke geschreven zijn over
de liefde en de schoonheid.

Jouw naam is nooit ver weg.
Zij ontwaakt tezamen met mij
en laat mij nimmer vergeten
dat zij het leven mooier maakt,
de wereld mooier maakt.
Dat zij, gewoon door te zijn,
alles mooier maakt.

Jouw naam is nooit ver weg.
Andrew L Manson Jul 2018
Ik druk mijn lippen op jouw naam,
sierlijk op een enveloppe geschreven,
fragmenten van herinneringen,
in een brief die ik je nooit heb gegeven.

Weet je nog *** wij de eerste keer liepen,
door die oude hoofdstad van ons land?
Door de straten zwervend, lachend,
jouw koude in mijn warme hand.

En weet je nog de kleurigste herfst,
wandelend door het bos bij de duinen,
met jouw dochter die vol bewondering
naar paddenstoelen liep te struinen?

En weet je nog die hoogste schommel,
die bijna reikte tot de maan
waarop ik jou steeds hoger duwde,
omdat ik nog niet weg wilde gaan?

En weet je nog *** wij samen,
slenterend door winkels van ingebonden papier,
intiem pratend, de wereld negerend,
jij mijn hand pakte en zei “hier”?;
“Voel *** wij uit alle macht
hetzelfde dansen op het ritme van dit leven”
en *** ik toen ter plekke bedacht
dat ik jou mijn wereld wilde geven.

En weet je nog, toen het tij
zich tegen ons begon te keren
en wij nog dachten dat wij samen
de storm wel zouden kunnen trotseren,
*** ons roerloze schip
tezamen met mijn wereld is vergaan,
toen de golven van emoties
het tegen de rotsen hebben doen slaan?

En heb je het nog gehoord dat ik zoekend,
tussen het wrakhout in de koude oceaan,
jouw naam heb geroepen tot ik,
schor en half in verdriet verdronken,
maar aan land ben gegaan?

En heb je het geweten dat ik dolend,
over bospaden en de straten van die oude stad,
gezocht heb naar sporen van jou,
niet wetende of je aan mij dacht of dat je mij vergat?

Maar wat je niet hebt kunnen weten
en waarschijnlijk ook niet meer ziet
is dat ik nooit heb kunnen vullen,
de leegte die je achter liet.

Ik druk mijn lippen op jouw naam,
sierlijk op een enveloppe geschreven,
fragmenten van herinneringen,
in een brief die ik je nooit heb gegeven

— The End —