Laat mij maar dansen in jouw regen. De regen die het leven geeft aan de ontluikende bloesems in mijn hart. Zoals je tranen die, als de kristallen parels van jouw diepste gevoelens, over je wangen naar beneden rollen en de bodem voeden waarop mijn dromen kunnen bestaan.
En laat mij met jouw zwaarste storm verwaaien. Die alles verwoestende storm die enkel zal sparen wat gewillig met haar mee beweegt. Zoals het relaas aan woorden die, door gedeeld begrip *** verwoestende kracht verloren, mijn zeilen bollen en mij laten vliegen langs de spiegelende oppervlakkigheid van het leven.
En laat mij, gevangen in het onweer, tussen de oorverdovende donder en het geweld van de verschroeiende bliksem, vol angstige verwondering, de kracht aanschouwen die ontwaakt als jouw hart haar ongenoegen over de wereld stort.